
Een werkneemster die voor aanvang van de proeftijd wordt ontslagen, vraagt bij de rechter om een schadevergoeding van twaalf maandsalarissen. De werkgever heeft zich volgens haar niet als goed werkgever gedragen. Krijgt ze deze vergoeding?
Wat eraan voorafging
Een werkneemster wordt na een uitgebreide sollicitatieprocedure bij een organisatie aangenomen als teamleider. In het arbeidsvoorwaardengesprek zegt de nieuwe werkgever dat ze met een gerust hart haar oude baan kan opzeggen. De werkgever meldt haar aan in het personeels- en salarisadministratiesysteem en vraagt haar ook of ze eerder dan de afgesproken datum kan beginnen.
Maar dan krijgt de werkgever negatieve signalen over de geschiktheid van deze nieuwe medewerkster. Hij nodigt haar uit voor een gesprek en confronteert haar met die negatieve signalen. De werkneemster, die dacht dat alles in kannen en kruiken was, reageert emotioneel. De werkgever ziet in die reactie reden om haar nog voor de aanvang van het dienstverband te ontslaan. De werkneemster verweert zich bij de rechter tegen dit proeftijdontslag.
Bij de rechter
De werkneemster vindt dat ze geen eerlijke kans heeft gekregen om haar geschiktheid te bewijzen. Door de handelswijze van de werkgever heeft ze schade geleden. Ze werkte al 19 jaar in de baan die ze heeft opgezegd voor deze functie. Ze is kostwinner en acht de kans klein dat ze een vergelijkbare baan zal vinden, gezien haar leeftijd en de geruchten over haar functioneren die nu rondgaan.
De rechter oordeelt dat het proeftijdontslag rechtsgeldig is gegeven. Een proeftijdontslag is mogelijk voordat het dienstverband daadwerkelijk is aangevangen. Maar de werkgever heeft zich niet als goed werkgever gedragen en is daardoor schadeplichtig, oordeelt de rechter. De werkgever heeft de werkneemster overvallen met de geruchten. De rechter vindt het niet vreemd dat de werkneemster onaangenaam verrast was en emotioneel reageerde. De werkgever heeft de werkneemster geen reële mogelijkheid gegeven om die negatieve geruchten te weerleggen.
De werkgever had in deze omstandigheden de werkneemster de kans moeten geven zichzelf te bewijzen. Het lijkt er ook niet op dat de werkgever de belangen van de werkneemster heeft meegewogen in zijn besluit om op te zeggen. Gezien de baan die ze heeft opgegeven, de uitgebreide selectieprocedure en het feit dat ze kostwinner is, had de werkgever zorgvuldiger moeten handelen, aldus de rechter.
Hoogte van de schadevergoeding
De werkneemster vraagt een schadevergoeding van twaalf maandsalarissen, maar daar gaat de rechter niet in mee. De werkneemster heeft bewust het risico aanvaard dat de arbeidsovereenkomst binnen een maand in de proeftijd kon eindigen toen ze een baan met een proeftijd aannam. De rechter kent haar daarom een schadevergoeding van één bruto maandsalaris toe.
In de praktijk
Een werkgever moet zich als goed werkgever gedragen, ook voordat de arbeidsovereenkomst daadwerkelijk aanvangt. Een proeftijdontslag voordat het dienstverband start, moet daarom ook gewoon zorgvuldig plaatsvinden. Anders loopt de werkgever het risico schadeplichtig te worden, zoals de werkgever in deze rechtszaak overkwam.
Bron: XpertHR Actueel